Volkoren pasta | 350 g |
Boerenkool | 300 g |
Ongezouten pistachenootjes | 40 g |
Olijfolie | 50 ml |
Knoflook | 1 teentje |
Geraspte parmezaanse kaas | 10 g |
Ongezouten boter | 2 el |
Zeezout | |
Zwarte peper uit de molen |
Begin met het schoonmaken van de boerenkool. Haal de blaadjes los van de stengels en was ze nog eens goed. Ondertussen breng je een grote pot met water en zout aan de kook. Wanneer het water kookt, stop je de boerenkool erin. Kook de bladeren voor zo'n 30 seconden totdat ze zachter worden.
Laat de pot op het vuur staan, maar haal de bladeren eruit met een keukentang. De bladeren leg je op een ovenrooster zodat ze goed kunnen afdruipen. Laat lichtjes afkoelen en knijp het resterende water af met je handen.
In de pot met het nog kokende water voet je de volkorenpasta toe. Voeg eventueel nog wat zout toe, pastawater zou ongeveer even zout als zeewater moeten proeven. Roer de pasta regelmatig goed door en kook beetgaar.
Ondertussen stop je de ongezouten pistachenootjes, de olijfolie, het teentje knoflook en 80 ml water in een blender of foodprocessor. Blend tot een gladde massa. Voeg de boerenkool beetje bij beetje toe en strooi de Parmezaanse kaas er ook over. Blend nogmaals glad en voeg indien nodig steeds een el water toe als het niet glad genoeg is.
Giet de pasta af, maar houd een beetje pastawater over. Voeg de pesto toe aan de pot, giet er wat pastawater bij en roer goed door elkaar. Verdeel de pasta over de borden en dresseer met eventueel nog wat extra Parmezaanse kaas en nog wat vers gemalen zwarte peper.
Als het wat chiquer mag zijn, rooster je nog wat pijnboompitten in de pan en strooi je die vervolgens over de pasta heen wanneer je 'm opdient.