Je kijkt reikhalzend uit naar dat sappige stukje vis, maar het plakt het stevig tegen de grill aan. Gebruik daarom voldoende olijfolie en bak je vis met het vel naar beneden. Zo krijg je een lekker krokant korstje boordevol smaak.

5. Geen droog vlees

De zon schijnt, je gezelschap is er, we begrijpen het je bent enthousiast. Maar wees niet té enthousiast met je vlees. Je moet er eigenlijk voor zorgen dat je kolen goed doorbrand zijn vooraleer je het vlees op de gril legt. Zien je kolen wit? Dan zijn ze klaar om te gebruiken! Probeer het vlees ook niet te lang op de rooster te laten liggen, zo verliest het zijn sappigheid. Is je steak bijna klaar? Leg het dan aan de zijkant van de gril, waar het iets koeler is.

6. Grill je groenten

Saaie salades zijn verleden tijd! Gooi wat groenten mee op de grill. Kies voor groenten met een stevige basis, zo kan je de grill zijn werk laten doen. Paprika, aubergine, portobello champignons en aardappelen kan je rustig in z’n geheel laten garen. De buitenkant mag dan wel aanbranden, het is de sappige binnenkant die je doet watertanden. Voor deze toppers kan je ook gemakkelijk een vulling voorzien, zoals heerlijke roomkaas, noten of kruidenboter.

7. Kies de juiste plaats

Je wilt graag je barbecue-skills tonen aan je gasten, dus je zet de barbecue op een zichtbare plaats zodat iedereen kan meegenieten. Leuk! Maar denk eraan dat je barbecue op een stabiele en windvrije plaats staat. Voorzie zeker drie meter ruimte rond het apparaat, niet té dicht bij je gasten. De Seppe Nobels in jou kan wel even wachten. Veiligheid eerst!